Koudste april in 35 jaar 

Het aantal aprilnachten met vorst bedroeg op de Zuid-Limburgse luchthaven 9 (normaal 2).

Dit was één vorstdag meer dan februari, toen er een pittige vorstperiode/koudegolf van één week was.

Alleen de aprilmaand van 1968 gaf in Beek nog iets meer vorst (in 10 nachten)

In de meeste Zuid-Limburgse dalen werden in april 2021 zelfs 14 à 15 nachten met vorst waargenomen.

De koudste nacht was 13 april toen het op anderhalve meter hoogte -3 graden was en in de Zuid-Limburgse dalen -5 à -4 graden.

Na de warmte van eind maart, was er in april vorstschade aan vroeg uitgelopen bloemen, planten en fruitbomen.

Op de laatste dag van maart meldde het KNMI-weerstation Arcen nog een zomerse temperatuur van 26,1 graden: de hoogst landelijk gemeten maarttemperatuur van ons land sinds het begin van de metingen.

Nadat het op Witte Donderdag 1 april in Zuid-Limburg nog 21 graden werd, sloeg het weer op Tweede Paasdag 5 april compleet om. Er werd vanuit het hoge noorden arctische lucht aangevoerd die in het laatste maartweekend boven Spitsbergen aanwezig was en via de oostkust van Groenland en IJsland in Limburg aankwam. In de loop van deze dag werd Zuid-Limburg met sneeuw bedekt door sneeuwbuien, en een voetbalwedstrijd van Roda JC in Kerkrade werd gestaakt door een forse sneeuwbui.

Op woensdag 7 april zorgden sneeuwbuien ervoor dat de Vaalserberg uiteindelijk bedekt werd maar liefst ruim 20 centimeter sneeuw. Het kan nog later in april veel sneeuwen: op de Vaalserberg lag op 15 april 1999 13 centimeter sneeuw.

Voor het iets lager gelegen Vaals, waar in de ochtend van 7 april 2021 circa 10 centimeter sneeuw lag, was dit het dikste sneeuwdek voor april (in de ochtend rond 9 uur) in zeventig jaar!

Er waren in april 2021 opvallend veel dagen waarop het waaide uit een richting tussen het noordwesten en noordoosten, met aanvoer van koude lucht.

Het KNMI-weerstation op de Zuid-Limburgse luchthaven meldde op 2/3 van het aantal aprildagen een wind uit noordwest tot noordoost!

Dit is volgens Meteo Limburg extreem hoog en voor het laatst gaf april 1976 daar nog iets meer dagen met noordelijke winden. Dat werd 45 jaar geleden gevolgd door een beruchte hete droge zomer.

Op zaterdag 10 april viel langdurig regen tot ruim 20 mm, de helft van de normale maandhoeveelheid, in grote delen van Midden-Limburg en in de Zuid-Limburgse Maasvallei.

Daarna viel er tot het einde van de maand op de meeste plaatsen geen regen van betekenis meer.

Vrijwel overal in de provincie viel in april (bijna) de normale neerslaghoeveelheid.

Op een meetpunt van Meteo Limburg in de gemeente Peel en Maas was het grondwater in april enkele centimeters gestegen, vergelijkbaar (vrij laag) met vorig jaar eind april.

Koude lucht bevat minder vocht dan warme lucht en daardoor was er ook regelmatig weinig bewolking boven Limburg aanwezig.

Hierdoor is de koudste april in 35 jaar een zonnige maand geworden met 210 tot 225 uur zonneschijn (normaal 180).

Dat was het ook op 28 april toen het ruim 20 graden was: de hoogste temperatuur voor Noord- en Midden-Limburg.

Voor de weersomslag naar kouder weer was het op 1 april in Zuid-Limburg nog 21 graden, en dat was daar de warmste aprildag.

Normaal telt april 5 à 6 warme dagen met ruim 20 graden.

Met behulp van temperatuursommen is mooi de ontwikkeling van de natuur in het voorjaar te volgen. Dagelijks wordt de gemiddelde temperatuur (over dag en nacht) boven het vriespunt opgeteld.

Eind april was de natuurontwikkeling ongeveer twee-en-een-halve week later dan vorig jaar, toen de natuur wel veel vroeger dan normaal uitliep.

Normaal is het langjarig gemiddelde sinds 1988, toen de jaren opvallend warmer werden. Ten opzichte van normaal liep de natuur dit jaar eind april slechts een kleine week achter.

Het uitlopen van de natuur wat dit jaar eind april te zien was, was in het koudere klimaat van 1954 tot en met 1987, overigens normaal rond 7 mei.