Warmste september in vier jaar 

Op-drie-na zonnigste september 

Met totaal iets meer dan 200 uur zonneschijn, tegen normaal 157 zonuren, was september 2020 in Limburg één van de zonnigste septembermaanden.

Ruim 200 zonuren per maand is normaal voor de maanden mei, juni en juli.

In de regio Maastricht-Beek, waar over ruim honderd jaren langdurig de zonneschijnduur wordt gemeten, waren volgens Meteo Limburg slechts drie septembermaanden zonniger dan september 2020: september 1959 met 265 zonuren (recordzonnig), september 2003 (219 zonuren) en september 2016 (224 zonuren).

Bij Beek op de luchthaven is in september 2020 door het KNMI een zonneschijnduur van 214 uur gemeten, en dat is dan iets hoger dan de septembermaand van twee jaar geleden (213 zonuren in september 2018).

Het is de zesde septembermaand met meer dan 200 zonuren:

1928, 1959, 2003, 2016, 2018 en 2020.

In Noord- en Midden-Limburg liet de zon zich dit jaar in september 201 tot 209 uur zien.

Zonnig nazomerweer 

Tijdens de eerste septemberweek lagen de middagtemperaturen rond normaal, iets boven de 20 graden. Op 3 en 4 september was er veel bewolking en er viel tijdelijk regen. Op de overige dagen was het droog. De zonnigste dagen waren 2 en 7 september.

Van 10 tot en met 23 september was het vrijwel dagelijks zonnig en warmer dan normaal. Van 13 tot en met 16 september was het zomers warm met meer dan 25 graden, en in Zuid-Limburg was het ook van 18 tot en met 23 september elke dag (ruim) 25 graden: zonnig nazomerweer ofwel de oudewijvenzomer.

Hierdoor werd september een graad warmer dan normaal: Beek gemiddelde maandtemperatuur (over dag en nacht) 16,2 graden (normaal 15,0 graden).

Voor het laatst was september 2016 warmer.

Recordwarme 15 september 

De warmste dag van deze maand was Prinsjesdag 15 september. Op deze dinsdag werd het, nadat het een dag eerder al ruim 30 graden was, maar liefst 34 graden in Limburg.

Voor het KNMI-weerstation op de Zuid-Limburgse luchthaven bij Beek was het met 34,3 graden de warmste 15 september sinds het begin van de metingen daar in 1946. Het is nog nooit zo laat in het jaar zo warm geweest.

Het was net géén recordhoge temperatuur voor de hele maand september. Op het niet meer bestaande KNMI-weerstation Maastricht werd op 4 september 1929 officieel een maximum van 35,3 graden gemeten.

Recordkoude 28 september voor Beek 

In de nacht naar 24 september vond er een weersomslag plaats toen een koufront met regen passeerde.

Vanaf deze dag bleven de maxima tot op het einde van de maand onder de 20 graden.

De koudste dag werd, wat betreft de maximumtemperatuur, maandag 28 september. Op deze bewolkte druilerige dag meldde het KNMI-weerstation op de Zuid-Limburgse luchthaven een maximum van slechts 11,6 graden: een datumrecord, koudste 28 september sinds 1946.

Daarvoor is het op deze datum twee keer kouder geweest. Het KNMI-weerstation Maastricht meldde op 28 september 1943 een maximum van slechts 9,1 graden en op 28 september 1919 een maximum van 9,9 graden.

Langdurig droog 

Tot de genoemde weersomslag was het gortdroog in Limburg.

Het zogenaamde doorlopend potentieel neerslagtekort t.o.v. de verdamping van 1 april tot en met 23 september was volgens berekeningen van Meteo Limburg, op basis van 12 KNMI-neerslagstations in Noord- en Midden-Limburg op de droogste zandgronden, opgelopen tot maar liefst ruim 350 mm.

Dit betekent dat gras vanaf 1 april 340 liter regenwater per vierkante meter te kort is gekomen om de hoge verdamping bij te benen, en optimaal te groeien.

Dit is, samen met 2018, een recordhoog potentieel neerslagtekort bij het begin van de astronomische herfst!

Daarna volgen, na de oorlog, 1947, 1959 en 1976 met een tekort van ruim 300 mm. Vorig jaar bedroeg het potentieel neerslagtekort op 23 september 285 mm.

Het doorlopend potentieel neerslagtekort of -overschot wordt verkregen door dagelijks het verschil te berekenen tussen de hoeveelheid gevallen neerslag en de berekende referentiegewasverdamping vanaf 1 april, het begin van het groeiseizoen. Dit verschil wordt dagelijks gesommeerd. Als er meer water verdampt dan er regen valt, is er een neerslagtekort.

Als er bijvoorbeeld op een dag 1 mm regen valt en de verdamping bedraagt 3 mm, dan is het neerslagtekort (t.o.v. de potentiële verdamping) op deze dag 2 mm. Als er de volgende dag 2 mm regen valt en de verdamping is 5 mm, dan was het tekort op deze dag 3 mm. Na twee dagen is het neerslagtekort dus 2+3=5 mm. Dit wordt gedurende het groeiseizoen dagelijks opgeteld.

Dit neerslagtekort is dus niet het tekort aan regen ten opzichte van normaal. Het is potentieel omdat ook als gras niet verdampt door droogte, er toch verdamping wordt berekend.

Regen van betekenis 

Tijdens de eerste dagen van de astronomische herfst viel met 40 tot 60 mm in Limburg regen van betekenis en bijna alle regen van de maand.

De maandtotalen aan regen kwamen op de meeste plaatsen in Limburg uit op 50 tot 70 mm en dat is bijna normaal. In Noorbeek viel totaal 72 mm en in plaatsen als Vredepeel, Echt en Oost-Maarland viel iets minder dan 50 mm regen.

In de nacht van zondag 27 september viel langdurig en veel regen in heel Limburg: 20 tot ruim 30 mm.

Het regenwater trok mooi de grond in en de bovenste grondlagen werden verzadigd met vocht.

De diepere grondlagen bleven echter droog.